top of page

col du galibier

2642M || 23-09-2016

Lichtelijk stijf stappen we op vrijdagochtend uit de auto; Rue des Moulins, Saint-Michel-de-

Maurienne. De Galibier staat vandaag in onze Garmin. Er gaat een weg omhoog vanuit onze uitvalsbasis, Briancon, maar deze legendarische klim mag natuurlijk maar vanaf een kant worden aangevlogen en daarom zijn wij hier. Een autorit van bijna anderhalf uur en een achterlijk hoge tol van €44,20 doet hier niets aan af. Geroutineerd en geruisloos pakt iedereen zijn rol. Fietsen van de drager, bidons in de houders, shirtjes over de al aangetrokken bib shorts, een laatste plasje.. Er wordt weinig gesproken. Is het de reus die op ons wacht, zijn het de al wat zere benen, een tekort aan slaap?

 

Zes maal ‘klik’ en we zijn vertrokken. Eerst 100 meter terug, want we mogen geen meter van de klim missen. Met het invallen van het groene verkeerslicht start onze weg naar boven, te beginnen met Col du Télégraph. We starten rustig en Jeffrey pakt de kop. Ik voel wat pijntjes van de dagen ervoor. Met Erwin V spreek ik af ‘an groupe’ over deze eerste hindernis te gaan. Tot tevredenheid zie ik mijn hartslag laag blijven en na enkele kilometers voelen de benen weer als nieuw. Ook Erwin V zegt zich goed te voelen. “Wacht niet op mij hé, ik zie jullie wel boven” roept Jeffrey. Hij geniet vaak net wat langer van een beklimming. Ik zeg dat we op deze col rustig aan doen en bij elkaar blijven. “Je weet wat er gebeurt als je me meeneemt naar de top he? Je bent gewaarschuwd” Er wordt wat wielerjargon uitgewisseld en Jeffrey sprint weg, met nog zo’n 10 kilometer tot de top pakt hij 100 meter voorsprong. Erwin V en ik trappen rustig door en rapen hem even later weer op. Ik fiets Jeffrey mans voorbij met een telefoon aan mijn oor; “Ja Servais (Knaven), we doen rustig aan. Het loopt hier nog lekker vlak. Jeffrey heeft al 45 minuten achterstand? Okay, dan kunnen we die laten gaan”.

 

De klim is een echte ‘loper’, en laat ons genieten van de vergezichten en het soepele klimmen. We kletsen wat en de rivaliteit lijkt ver weg. Enkele meters voor het karakteristieke hectometerpaaltje vraag Jeffrey aan me of dat het bordje van de laatste kilometer al is. Ik ben nog aan het klooien met mijn telefoon, er komt een mooi stukje aan waar ik een foto van wil maken, als ik bevestig dat het nog 1.000 meter is. Plots schiet Jeffrey in volle sprint langs me heen. Terwijl de telefoon plaats heeft gemaakt voor een bidon zie ik dat Erwin V vol bijtrekt om in het wiel van Jeffrey te blijven. Ik weet hoe laat het is en prop mijn bidon terug, er is een gat van zeker 150 meter. Als ik op de pedalen ga staan zie ik Erwin V overnemen, de coup is een feit. Ik dacht nog even dat V niet zou doortrekken, maar nu zie ik 180 hartslagen op mijn scherm. Ik ben verrast en kansloos. Erwin V rijdt de ballen uit zijn broek en ik zie hem voor elke bocht achterom kijken. Ik besluit mijn kruit niet te verschieten en pak mijn verlies. Boven gekomen klap ik als Froome met kiespijn voor Erwin V zijn prestatie. Hij heeft een nieuwe Vaalserberg (voor de insiders) gevonden..

Jeffrey komt als derde boven en feliciteert tevreden zijn strijdmakker. We dalen af naar Valloire. Handjes onderin de beugel, voeten op gelijke hoogte en kin zo laag mogelijk. Ik voel Erwin V al een paar minuten in mijn wiel hangen en overpeins de sprint van zo even. In de aerodynamische houding plant ik mijn rechterhand op mijn onderrug en toon Erwin V de middelste vinger. Ik hoor een tevreden lach.

 

In Valloire rollen we door en beginnen onmiddellijk aan de hoofdzaak van vandaag, Col du Galibier. Erwin V en ik geven Jeffrey een boks en we peddelen hem voorbij. Ik op de kop, Erwin V vertrouwd in mijn wiel. Tegen zijn gewoonte in neemt hij nu zelfs een gelletje. Na Valloire loopt het nog redelijk vriendelijk omhoog, richting de echte stijgingspercentages. We blijven bij elkaar. Even later maakt V duidelijk dat ik mijn eigen tempo moet pakken. We wensen elkaar succes en er ontstaat een afstand. Om even later toch weer in mijn wiel te komen. Natuurlijk kijk in niet om, we zijn tenslotte wielertoeristen en aan bepaalde wetten gebonden. Even later verneem ik dat hij langzaam wegzakt. We wisselen nog wat woorden en ik rij weg. Ik voel me vandaag erg sterk. Mijn snelheid koppel ik aan hartslag 170, ik versnel als ik eronder zit. Om de zoveel tijd schakel ik iets zwaarder om op de pedalen te gaan staan. Door de kennis van vorig jaar weet ik wat me te wachten staat, mijn pr moet er aan.

 

Ik kijk genietend om mij heen, in dit decor kan je toch geen pijn voelen? Ik heb inmiddels al vele uren in de bergen doorgebracht, maar waarom heb ik daarbij nog nooit een marmot gezien? Ik denk even aan een gesprekje dat ik daar met Manouk over had. Andere gedachten komen langs als ik plotseling zie waar ik al beklimmingen lang op hoop; een marmot! Nog voor ik hem goed kan bekijken schiet hij zijn hol in. De klim kan dan al niet meer stuk.

 

Een bruggetje brengt mij aan de andere kant van de rivier. De weg gaat nu serieus omhoog. Even later zie ik een stuk lager de bekende Bianchi kleuren fietsen. Deze fietsende referentie geeft enkele kilometers aan hoe snel het hier omhoog gaat, om hem vervolgens niet meer te zien. Na een monument voor Pantani kijk ik op mijn klok en neem de tijd in mij op. Ik ram door en kijk wanneer het kan even naar het ijkpunt. Geen Erwin V. Na negen minuten zie ik de bocht voor het laatst. Geen Erwin? Ik denk het niet.

 

Het wordt frisser, de rits gaat dicht. Ideaal weer om intensief te sporten. Met nog anderhalve kilometer te gaan draai ik naar links, in de haarspeld hoor ik een spiegelreflex. Thuis hangt een foto, ik in deze bocht. Die kocht ik vorig jaar van deze man. Ik hoor hem in het Frans roepen dat ik er bijna ben.

 

Nog een kilometer te gaan, voor mijn pr probeer ik gedoseerd kapot te gaan. De twee fietsers voor mij raap ik op. De laatste 300 meter, alles mag nu pijn gaan doen. Dat doet het ook. Ik kom boven tussen enkele Duitse motormuizen. Voor de zekerheid fiets ik een stukje over de top naar beneden. Het segment heb ik nu met zekerheid befietst. Ik maak wat foto’s en loop tussen de sneeuwhoopjes een stukje de rotsen op.

Daar ga ik zitten met een bidon in mijn hand. Hijgend boven komen, een berg overwonnen, maakt dit uitzicht een beetje van mij. Ik geniet van het moment. Opeens zie ik Erwin V de laatste kilometer indraaien. Vanuit een schitterende positie zie ik hem boven komen en schreeuw: “lekker buurman!”. Om meteen te schreeuwen dat hij 10 meter door moet rijden, voor de zekerheid. Een vragende blik kijkt mijn kant uit en volgt de aanwijzing.

 

Het is snijdend koud boven en ik schuil even tegen een rotswand. Plots komt Jeffrey de hoek om, hij is ook boven. Helemaal kapot gaat hij op de grond zitten. Ik pak zijn fiets. Even later belast ik hem met de gespotte marmot. Geen reactie. Na de bekende fotosessie dalen we af. Ik voorop. Achter mij hoor ik Jeffrey plots schreeuwen. Ik rem en kijk vragend om. Hij zag een marmot...

bottom of page